luukjaninoeganda.reismee.nl

Mijn allerlaatste blog

Hallo allemaal,

Zo, daar zit ik weer. Vandaag is het dinsdag 12 februari. Vandaag vlieg ik alweer naar Nederland. Ik ga mijn avontuurlijke leventje van het afgelopen halfjaar ontzettend missen! Het is zeker niet altijd even makkelijk geweest, maar dat is ook niet gek. Het was immers geen vakantie. Ik heb zoveel mogelijk geprobeerd iets te betekenen voor anderen waar dit mogelijk was, maar heb ook intens genoten van alles wat er te genieten viel. De laatste drie maanden zijn voorbij gevlogen. Ik heb me de afgelopen maanden een beetje zoals Floortje gevoeld.

En nu ik haar toch noem, een beetje ‘Einde van de wereld’ was het wel. Zeker op de dagen dat ik mij in het dorp Nkokonjeru bevond, voelde ik mij wel eens erg ver verwijderd van de gemakken van het westerse leven. Wanneer ik bijvoorbeeld een tonnetje drinkwater wilde kopen, moest ik eerst één uur of langer reizen met de matatu voordat ik bij een enigszins westerse supermarkt terecht kon. Maar juist dit en andere dingen maakten iedere dag zo heerlijk avontuurlijk. Een verwachting van hoelang ik onderweg zou zijn had ik op een gegeven moment niet meer. Het kon zo drie uur duren voordat ik, ietwat verkreukeld van de rit, terug was in het dorp.

Ook de hoeveelheid geld die ik voor een enkele rit moest betalen verschilde per dag en moment. Omdat ik blank ben werd er altijd een poging gedaan extra geld aan mij te verdienen. Zeker wanneer ik de matatu vanuit het dorp naar bijvoorbeeld Kampala nam. Dan werd er soms voordat ik instapte al gezegd dat ik 10,000,- Shillings voor een rit moest betalen terwijl ik inmiddels al wist dat de normale vraagprijs 6000,- Shillings was. Omdat de conducteur niet door de mand wilde vallen moesten alle inzittenden van het busje dezelfde ‘mzungu’ prijs betalen terwijl zij natuurlijk aanzienlijk minder geld te besteden hebben dan ikzelf. Ik vond het heel frustrerend om dan telkens weer de strijd aan te gaan en niet meer te betalen dan de normale vraagprijs. Dit gold overigens niet alleen voor busritjes, maar ook voor boodschappen die ik kocht op de markt. Ik ben er in ieder geval een stuk mondiger van geworden!

Wat ik hiermee probeer te zeggen is: niets gaat volgens een van te voren te verwachten patroon. Nooit. En dat is soms frustrerend maar vaak ook ongelofelijk bevrijdend geweest. Ik keek de laatste maanden nog nauwelijks op de klok. Ik moest gewoon zorgen dat ik voor het donker binnen was. Omdat er te weinig te doen was in het ziekenhuis, besloten wij te stoppen met stage. In plaats daarvan werd het een periode van vrijwilligerswerk in het ziekenhuis. En dit gaf ons nog meer tijd om te genieten van dit mooie land. Daarbij is het een ervaring voor het leven en eentje om op mijn cv te schrijven.

Momenteel zijn we in Entebbe, het Schiphol van Oeganda. De afgelopen twee nachten sliepen wij in een mooie tent met Afrikaanse printjes en uitzicht op de groene heuvels met palmbomen. Het is nu echt afwachten totdat het avond is en wij naar het vliegveld worden gebracht. Zo gek! Lekker eten, drinken en dutten in een hangmat staat op mijn programma voor vandaag.

De afgelopen week hebben wij afscheid genomen van onze collega’s. Donderdagavond hebben we een aantal van hun uitgenodigd bij ons thuis. We hebben guacamole gegeten met Dorito chips en verschillende drankjes ingeschonken. Van mangosap tot rode wijn. Heel gezellig en vooral bijzonder om dit mee te maken!

Eergisteravond zijn Michiel en ik bij de doop van een collega haar baby geweest. De dominee begon zijn preek met een vaag verhaal over een visser in een bootje met een overvloedige visvangst. Het verhaal was vaag omdat ik in mijn hoofd al lang met iets anders bezig was. Ik was namelijk gekomen om de doopceremonie mee te maken, en vond het verhaal niet echt passen bij een doop. Maar goed, we wachtten geduldig af. Op een gegeven moment dronk de dominee een slok rode wijn en gaf de nonnen één voor één een hostie. De dienst was afgelopen, maar er waren nog geen baby’s gedoopt!

Wat bleek: de dominee was vergeten zijn doopolie mee te nemen. Hoe heeft hij dat nou kunnen vergeten vroeg ik mij af. De baby had een doopjurk aan. Dit was toch zo duidelijk als wat! De dominee stelde voor de doopceremonie uit te stellen tot volgende week woensdag. Maar ineens sprak een non van achterin de ruimte de man in het Oegandees toe. Wij hoorden het woord ‘’mzungu’’ vallen en toen wisten wij dat het over ons ging. Waarschijnlijk heeft de non gezegd dat Michiel en ik speciaal voor de doop van het kindje naar de dienst waren gekomen en dat het daarom gewoon door moest gaan. Even later kwam de dominee terug met zijn olie en is het kindje alsnog gedoopt. Na de doop zaten wij nog even na in het huisje van onze collega. Er was taart en frisdrank voor iedereen. Een bijzondere afsluiting van een onvergetelijke tijd in Oeganda!

Ten slotte wil ik nog even zeggen dat ik het heel fijn heb gevonden zo af en toe mijn belevenissen voor jullie op papier te zetten. Ik heb het schrijven vooral op de momenten dat het mij even zwaar viel als erg prettig ervaren. En ik werd en wordt nog altijd blij van een paar leuke reacties op mijn blog. Bedankt iedereen.

Tot snel!

Vrijwilligerswerk in het weeshuis

Hallo allemaal,

Dit is mijn op één na laatste blog. Vandaag over twee weken bevind ik mij in de buurt van het vliegveld in Entebbe, vanuit daar zal ik ook mijn laatste blog schrijven. Maar… laat ik niet te hard van stapel lopen. Ik heb nog precies twee weken om van de laatste dingen te genieten.

Zo’n twee weken geleden zijn Michiel en ik naar de Nederlandse ambassade in Kampala geweest. Het was een hele leuke ervaring. Bij binnenkomst schudde de ambassadeur ons gelijk de hand en wenste ons persoonlijk een gelukkig nieuwjaar. Even later werd er een speech gehouden waarin werd teruggeblikt op het oude, en vooruit gekeken op het nieuwe jaar. Omdat er in het komende jaar verkiezingen plaatsvinden, grapte de ambassadeur dat hij momenteel geen wijnrode stropdas meer durft te dragen. Google maar even, de achternaam is wijn in het Engels.

Omdat ik had besloten nog een paar dagen vrijwilligerswerk te gaan doen in een weeshuis, vertrok ik vorige week naar Bujagali. In dit dorpje vlakbij Jinja staat het weeshuis. De eigenaresse heet Happy, een naam die ik heel toepasselijk vind. Deze bijzondere vrouw is namelijk altijd vrolijk en ze heeft een glimlach op haar gezicht. Ze runt samen met de hulp van vrijwilligers een weeshuis waar zestien kinderen wonen. Voor zover ik weet is het weeshuis bijna volledig afhankelijk van vrijwilligers en donaties. De leeftijd van de kinderen varieert van 1,5 tot en met 10 jaar oud.

Toen ik bepakt en bezakt na een stoffige rit achterop een brommer eindelijk aankwam bij het weeshuis, kwamen er meteen kinderen naar mij toe gerend. ‘’What is your name?’’ was de eerste vraag. Ik vertelde dat ik Luuk heet en dat ik uit Nederland kom. ‘’So your name is Look!’’ ‘’Look from Netherlands!” schreeuwde weer een ander. Erg grappig natuurlijk.

Toen de kinderen waren uitgeraasd stelde ik mij voor aan een vrouw uit Australië die één van de jongste kinderen op haar schoot hield. ‘’Nice to meet you Luke, I am Narelle.’’ Ze begeleidde mij meteen naar het onderkomen voor de komende zes nachten. Het was een eenvoudig, Oegandees huisje met een simpel slaapkamertje. Voor wat het waard was ten minste. Toen Narelle mij een kop thee aanbood en ik vervolgens mijn backpack een plekje gaf, stuitte ik op een paar keutels die ik al eens eerder had gezien. Ik vroeg Narelle meteen of de keutels van muizen of ratten konden zijn. Narelle antwoordde dat zij nog geen van beide knaagdieren had opgemerkt. Ik had onbewust al geconcludeerd dat de keutels van ratten waren maar hield me voor dat er misschien alleen een paar muisjes rond zouden lopen. Vervolgens heb ik de klamboe maar even heel diep onder het matras gedrukt. Brrrrr.

Het was tijd geworden om wat tijd door te brengen met de kinderen. De rest van de middag las ik heel vaak hetzelfde verhaaltje aan ze voor, waarbij de kinderen telkens bij mij op schoot klommen. Die avond aten we Oegandees voedsel. Één van de mama’s had op een vuurtje wat posho (dikke maïspap) gekookt met bruine bonen. Niet heel lekker en voor mij oneerlijk dat deze kinderen iedere dag bijna hetzelfde maaltje voorgeschoteld krijgen. Bovendien bevat het heel weinig voedingsstoffen. De buikjes waren gevuld, niet gevoed.

Na het avondeten besloot ik door de modder, op blote voeten naar het huisje te gaan en thee te drinken met Narelle. Dit was het begin van een vast avondritueel. Iedere avond zaten we weer buiten met een kop thee en een goed gesprek. Heel leuk! De volgende dag besloot ik heel veel mango’s en bananen voor de kinderen te gaan kopen. Want, wie houdt er nou niet van mango? Na de lunch was dit het ‘toetje’. Ik sneed de mango’s aan de lange eettafel klungelig in brokken waarna de kinderen het fruit aangrepen alsof ze zoiets nog nooit eerder hadden gehad en aten het gulzig op. Toen ik later even warm(!) ging douchen bij een hostel in de buurt werd het mij even teveel. Voor mijn gevoel heb ik heel lang een pantser of muur om mij heen gehad die mij heeft beschermt voor al het heftige en onvoorstelbare wat er letterlijk op mijn pad kwam. Nu het einde in zich is, is het poreus en houdt het steeds minder emoties van mij tegen.

Happy heeft mij een verhaal verteld dat mij enorm aangreep. En het is minstens net zo erg als het verhaal van de andere kinderen. Ze vertelde mij dat de ouders van het verstandelijk gehandicapte jongetje dat telkens tegen mij aankroop hem hebben verstoten vanwege zijn beperking. Ook heeft het jongetje epilepsie, iets dat door veel mensen als iets besmettelijks wordt gezien.

Donderdagochtend heb ik samen met Narelle aangeboden brandhout voor de keuken op te halen. het hout is nogal zwaar en het leek ons goed om de kinderen en vrouwen een handje met dit zware werk te helpen. Toen we na een wandeling van ongeveer één kilometer aankwamen bij de verkoper van het brandhout, gaf de man mij een groot blad van een bananenboom die was opgerold tot een soort kussentje. Ik kreeg de opdracht dit kussentje op mijn hoofd te leggen en voordat ik het wist liep ik met een zware hoop takken op mijn hoofd in de richting van het weeshuis. Ik hield de takken met beide handen vast en liep rechtop, zodat alles goed in balans bleef. Ik had verwacht enorme last van mijn hoofd en nek te krijgen. Dit viel gelukkig erg mee.

In het weeshuis is er weinig geld om regelmatig nieuwe spullen bedoeld voor de persoonlijke hygiëne aan te schaffen. Dus ben ik op pad gegaan en heb ik een hele tas vol zeep, zeep voor de was, tandenborstels en tandpasta aan het weeshuis gegeven. Ze waren er heel blij mee.

Toen afgelopen zaterdag mijn tijd in het weeshuis erop zat, heb ik met Michiel afgesproken in ons favoriete hostel. We hebben flink bijgepraat aan de rand van het zwembad. ’s Avonds zijn we nog opstap geweest met een paar aardige Duitsers. Heel leuk allemaal!

Heel veel liefs!

De laatste weken

Hallo allemaal,

Het is weer tijd dat ik jullie een verhaaltje ga vertellen. Maar voordat ik met mijn verhaal begin wil ik iedereen die mijn ouders iets voor mij heeft meegegeven heel hartelijk bedanken. Ik heb ervan genoten! Nog ongeveer vier weken en dan is mijn tijd hier in Oeganda toch echt voorbij. Ik kijk er naar uit om veel van jullie binnenkort weer te zien en mijn verhalen gewoon op de bank, zonder schermpje ertussen te vertellen. Tegelijkertijd vind ik het ook erg jammer dit gekke land achter mij te laten. Ik heb het hier zo naar mijn zin gehad! Ik heb besloten ooit nog een keer terug te gaan naar Afrika om nog een paar maanden vrijwilligerswerk te gaan doen.

Waarschijnlijk hebben veel van jullie wel vernomen dat mijn telefoon in de nacht van oud en nieuw is gestolen in Kampala. Dit was echt zo’n moment dat ik even helemaal klaar was met Oeganda en het liefst meteen naar huis wilde vliegen. Maar ergens realiseerde ik mijzelf dat dit ook geen oplossing was geweest.  Nu ik twee weken verder ben en weer ben bijgekomen van alles ben ik heel blij dat ik ben gebleven. Ik weet dat het nogal materialistisch klinkt, maar als je  telefoon wordt gestolen in Afrika is dat toch wel erg zuur. Het gaat mij niet om de waarde van de telefoon, het was namelijk niet de nieuwste smartphone. Maar het feit dat iemand mijn telefoon heeft gestolen en dat ik daardoor al mijn wachtwoorden moest veranderen om ervoor te zorgen dat niemand in kon breken op mijn apps, vond ik erg vervelend.

Gelukkig heeft Michiel zijn oude smartphone meegenomen naar Oeganda waardoor ik weer te bereiken ben. Ook heb ik aangifte gedaan bij de politie zodat ik binnenkort, als ik terug ben in Nederland dit kan declareren bij mijn reisverzekering.

Het weekend na oud en nieuw zijn wij niet weg geweest uit het dorp. Omdat de laatste weken zijn ingegaan, wilden we even een weekendje geen geld uitgeven. Zaterdagochtend hebben wij de directe matatu naar Jinja genomen om even lekker te eten en te slapen in ons favoriete hostel. Vandaag is het maandag, en ik heb voor mijzelf besloten er nog een nachtje bij te boeken omdat ik mij morgen wil verdiepen in een vrijwilligersproject hier in Jinja. Het ziekenhuis verveelt mij namelijk en het lijkt mij leuk om een paar dagen met een ander project mee te kijken.

Gisteren zag ik op de boekenkast hier in het hostel een flyer hangen waarin mensen worden uitgenodigd vrijwilligerswerk te komen doen in een weeshuis voor kinderen. Voorwaarde is dat je als vrijwilliger minimaal één week meedraait. Klinkt als een ideaal plan wat mij betreft! Aanstaande donderdag zijn wij, samen met alle Nederlanders in Oeganda uitgenodigd voor een nieuwjaarsreceptie op de Nederlandse ambassade in Kampala. Dat lijkt me zo leuk om mee te maken! En aangezien de nieuwjaarsreceptie pas in de avond plaatsvindt, heb ik de rest van de dag genoeg tijd om achterop de brommer de stad door te crossen en bij organisaties als Unicef en Oxfam langs te gaan met de vraag of ik wellicht een keer mee mag kijken. Geen idee of het überhaupt mogelijk is, maar niet geschoten is altijd mis.

Zaterdagavond zijn we opstap geweest en hebben we iets te diep in het glaasje gekeken. Het gevolg hiervan is dat wij gisteren heerlijk aan het zwembad, onder een palmboom lagen te relaxen met een fantastisch uitzicht op de Nijl. Heerlijk! En dan te bedenken dat het januari is! Verder heb ik wat gelezen en muziek geluisterd. Mochten jullie zin hebben in een lekker Afrikaans nummertje, dit is mijn favoriet: African beauty van Diamond Platnumz, Omarion.

Vandaag gaan we op ziekenbezoek bij een mevrouw die in de bediening werkt van ons favoriete restaurantje. Ze heeft iets met haar benen en ligt daardoor al een maand in het ziekenhuis. Verder wil ik nog even naar de markt om te genieten van alle kleuren en drukte daar en ik wil misschien een yogales volgen aan de oever van de Nijl.

Dat was het weer! Veel liefst uit Oeganda en tot snel.

Een gelukkig nieuwjaar!

Beste mensen,

Hierbij een berichtje namens Luuk Jan:

Luuk Jan wenst jullie vanuit Oeganda allemaal een gelukkig nieuwjaar! Echter, vannacht is zijn telefoon gestolen. Dat maakt dat hij de komende tijd nagenoeg niet bereikbaar is. Hij kan dus niet reageren op jullie berichtjes en appjes!

Geen zorgen, met Luuk Jan is alles OK!

Hartelijke groet,

Gerda

Nu het bijna kerst is

Lieve vrienden, familie en iedereen die mijn verhalen leest,

Daar zit ik dan. Het is kwart voor vijf, Oegandese tijd. Vanavond vieren velen kerstavond en morgen is het de grote dag: eerste kerstdag. Terwijl ik dit zit te schrijven luister ik naar klassieke kerstmuziek en heb ik een kaarsje aangestoken. Deze muziek in combinatie met de geur van een gebruikte lucifer en een nog onaangebroken fles rode wijn doet mij met enig weemoed denken aan kerst in Nederland.

Er is een stroomstoring in het dorp, met als gevolg dat er gisteravond geen elektriciteit was en er vanavond waarschijnlijk geen elektriciteit is. Gelukkig hebben mijn ouders twee weken geleden een aantal cadeautjes van vrienden en familieleden in hun koffer meegenomen waar ik onze ‘bunker’ mee in kerstsfeer heb weten te brengen.

Wat vind ik het gek om kerst in een ver en warm land door te brengen! Er zijn geen echte kerstbomen, geen regenachtig weer en geen ouders en familie om de kerst mee te vieren. Gelukkig heb ik de afgelopen twee weken met mijn ouders en broertje door dit bijzondere land mogen reizen. Iets waar ik ontzettend dankbaar voor ben en intens van heb genoten.

Mijn ouders en broertje kwamen exact twee weken geleden aan in Oeganda. Nadat ze één nacht in een hotel bij de luchthaven van Entebbe hadden doorgebracht, reisden ze de volgende dag door naar het dorpje Nkokonjeru waarin ik al een tijdje leef.

Wat was ik blij ze weer in mijn armen te kunnen sluiten! Nadat we samen thee hadden gedronken heb ik ze het dorp en het ziekenhuis laten zien. Laat ik het erop houden dat ze zwaar onder de indruk waren. Die avond hebben we Sinterklaas gevierd met Michiel erbij en de volgende dag zijn we richting Murchison Falls National Park vertrokken.

Onderweg ernaartoe hebben we de Rhino Sanctuary bezocht. Een beschermde omgeving waar neushoorns leven. Dit is tevens de enige plek in Oeganda waar deze dieren te bewonderen zijn. Tijdens het bewind van Idi Amin, de voormalige dictator van dit land zijn er erg veel van deze dieren gestroopt. Met als gevolg dat er nu geen neushoorns in Oeganda overgebleven zijn. De neushoorns in de sanctuary komen overal vandaan. Het streven van deze stichting is neushoorns ooit in het wild in Oeganda te kunnen uitzetten.

Na dit bijzondere bezoek zijn we doorgereisd naar ons onderkomen in Murchison Falls. We hebben die avond lekker gegeten en veel gepraat. Heerlijk! De volgende dag zijn we op safari geweest en hebben we onder andere nijlpaarden, giraffes, olifanten en cobs gezien. Vooral de olifanten vond ik erg indrukwekkend.

Los van het feit dat alles eigenlijk één groot hoogtepunt was, vond ik een park toch wel heel bijzonder. Namelijk: Queen Elizabeth National Park. Een gigantisch uitgestrekt gebied omgeven door het Rwenzori gebergte. Hier kregen we echt het gevoel alleen op de wereld te zijn. Er waren nauwelijks toeristen te bekennen en de armoedige dorpjes en steden leken even heel ver weg. Totdat we doorreden naar onze verblijfplaats, dat aan de rand van een armoedig dorpje bevindt.

En juist deze gigantische contrasten maken dat ik dit land zo ongelooflijk fascinerend, aangrijpend, lelijk en tegelijkertijd mooi vind. Het is geen paradijs. Maar een land van uitersten. Aan de éne kant heb je een prachtig natuurgebied, en als je even verder rijdt bevind je je weer in een armoedig dorpje. Dit land moet je voelen, ruiken en zien. En over dat paradijs gesproken, dat is Nederland. En nu hoor ik jullie denken, waarom vind je dat? Omdat alles wat hier niet is, in Nederland wel is. Natuurlijk is er in ons land altijd ruimte voor verbetering, maar Nederland zou Nederland niet zijn als dat er vroeg of laat niet zou komen. Ik realiseer mij erg goed wat voor een geluk ik heb gehad dat mijn wieg in Nederland heeft gestaan. En om dat te kunnen bedenken hoef je denk ik geen politicus of koning te zijn.

Na heel veel dieren te hebben gezien en vooral gezellig samen te zijn geweest hebben we onze laatste twee dagen samen afgesloten op een eiland in het Victoriameer. Er was zon, lekker eten, een zwembad en een hangmat. Ik heb er van genoten en voelde mij enorm bevoorrecht dit met mijn ouders en broertje mee te mogen maken.

Een planning voor de komende twee kerstdagen heb ik eigenlijk niet. Ik ga wijn drinken en Nederlandse kerstkransjes eten. Dat wel. Vanavond draai ik de volumeknop van mijn bluetooth-speaker omhoog en luisteren we naar oude vertrouwde kersthits. Na de kerst is het wat mij betreft ook in Oeganda tijd voor de top 2000. Want, lang leve het internet. Oudejaarsavond vieren Michiel en ik in Kampala. Samen met een aantal andere Nederlanders knallen we dan het nieuwe jaar in. En als het eenmaal nieuwjaar is, dan duur het nog zo’n zes weken voordat ik terugvlieg naar Nederland.

Ik vind het fijn dat het einde in zicht is. Wat mij betreft is het straks in februari mooi geweest. Maar tot die tijd geniet ik nog van alles wat er te genieten valt.

Ik wens iedereen een hele fijne kerst en alle goeds voor 2019. Geniet van de gezelligheid en jullie horen van mij in het nieuwe jaar!

Heel veel kerstknuffels van mij voor iedereen!

Wat vliegt de tijd!

Hallo allemaal,

Het is weer een behoorlijke tijd geleden dat ik voor het laatst iets van mezelf heb laten horen. En dat beschouw ikzelf vooral als een goed teken. Ik heb het namelijk nog altijd ontzettend naar mijn zin hier in Oeganda. Ik kan mij iedere dag weer blijven fascineren over dit land en haar bijzondere cultuur.

Vandaag is het zondag 2 december, eerste advent. Wat vliegt de tijd! De knusse decembermaand is weer aangebroken. Voor mij een gek idee dat veel van jullie binnenkort Sinterklaas vieren en even later de kerstboom in huis halen. En dat in een waarschijnlijk koud en bewolkt Nederland. Hier is het nog altijd lekker warm, waardoor ik het gevoel heb dat ik een hele lange zomervakantie heb.

Wat het ziekenhuis betreft heb ik het nog steeds erg naar mijn zin. Maar alles gaat de laatste tijd wel op een erg traag tempo. Omdat het bijna kerst is, blijven mensen thuis om geld te besparen voor het kerstfeest. Pas wanneer mensen zich heel ziek voelen, komen ze naar het ziekenhuis. Er zijn dagen dat er letterlijk niemand op de OPD binnenkomt en dat er alleen een aantal zwangere vrouwen in het ziekenhuis komen voor de bevalling. Wat mij betreft niet de perfecte omstandigheden om mijn stage op een goede, volwaardige manier te behalen. Ik wil namelijk ook op een goede manier mijn examens kunnen maken. Dit houdt voor mij in dat mijn uitgevoerde praktijkexamens op een kritische manier beoordeeld worden. Iets wat hier, hoe goed de inzet van de verpleegkundigen in het ziekenhuis ook is, soms lastig te realiseren is.

Nadat ik aan het begin van vorige week een brief naar school heb gestuurd, heb ik afgelopen donderdag contact gehad met mijn docent. We hebben besloten dat ik hier de komende tijd blijf werken als vrijwilliger en dat ik, waar mogelijk een aantal opdrachten maak. Dit scheelt mij weer tijdens mijn volgende stage. Ik heb absoluut geen spijt dat ik naar Oeganda ben gekomen. Het is een ervaring voor de rest van mijn leven en ik leer er veel van. Zowel op verpleegkundig als persoonlijk gebied.

Het afgelopen weekend was ik in Jinja. Ik ben een aantal keren uiteten geweest met een groepje mensen van de opleiding social work, en gisteren heb ik met dezelfde groep het Sinterklaas dobbelspel gedaan. Ik hou ervan! Ik heb vorige week in Kampala een cadeautje gekocht en er een passend gedicht bij bedacht. En ik ben er dit jaar vroeg bij met het kerstdiner, want die is volgende week zaterdag in mijn favoriete hostel in deze stad.

Ik heb nog niet veel van de prachtige natuur van dit land gezien. Ik doe nu nog even rustig aan met mijn geld zodat ik aan het eind van deze periode nog een aantal prachtige natuurgebieden kan bezoeken.

Waarschijnlijk heb ik de volgende keer een uitgebreider verhaal voor jullie. Ik sluit mijn verhaal af met een aantal feitjes over Oeganda?.

  • Het verkeer rijdt, net als in Engeland aan de verkeerde kant

En dat was even wennen voor iemand met het links is rechts, rechts is links probleem

  • Het wordt iedere dag donker om 19.00 uur

Daarna is het te gevaarlijk om in het dorp de straat op te gaan.

  • ‘’Goedemorgen’’ is in het Oegandees ‘’Wazusocha’’

Waarschijnlijk heb ik het verkeerd geschreven, maar dit is hoe je het uitspreekt: wazoesoootja. Klinkt als wat een zooitje.

  • Overal staan bananenbomen

En daar wordt Matoke van gemaakt, een gerecht waar ik het in mijn vorige bericht over had.

  • Patiënten worden verzorgd door familie

Dus ik hoef geen mensen te wassen, aan te kleden en eten te geven. En daar moest ik in het begin even aan wennen.


  • De nummers die ik hier bijna iedere dag luister zijn:

Some Other Summer van Roxette

King and Cross- Liam Howe Remix van Ásgeir

Binnenstebuiten van Blof

Het laatste nummer bevat een aantal woorden in het Swahilli. Hoewel deze taal amper wordt gesproken in Oeganda, vind ik het wel passend. Ik hoor immers amper verschil tussen het Luganda en het Swahilli.

Zo, dat was het weer. Bedankt voor jullie leuke berichten van de afgelopen tijd en tot snel!

Lieve groeten,

Luuk Jan

Paardrijden en hospital day

Leuke lezers,

Voordat ik aan mijn verhaal begin zet ik even een paar willekeurige feitjes over Oeganda op een rijtje:

  • De eidooiers zijn kleurloos

Hier keek ik een beetje raar van op toen ik het voor het eerst zag. De eieren smaken echter hetzelfde als in Nederland.

  • Mijn favoriete Oegandese gerecht heet een rolex

Nee, ik eet geen dure horloges. Het is namelijk een gebakken ei opgerold in een chapatti, een rare pannenkoek die oorspronkelijk uit India komt ?. ‘Rolex’ komt van het Engelse ‘rolled eggs’, vandaar.

  • Avocado’s zijn spotgoedkoop

En ze schijnen erg gezond te zijn, dus ik prak iedere ochtend een halve op mijn geroosterde boterham.

  • Kinderen zwaaien iedere dag naar mij en andere blanken

Tja, het maakt niet uit hoe vaak ik hun, en zij mij al hebben gezien. Iedere dag wordt er weer ‘’Bye Muzungu!’’ geroepen. En dat vol overgave. Soms achtervolgen ze mij zelfs ?. Ik weet niet wat die kinderen over blanken is verteld, maar heb je ooit een Europees kind dagen achter elkaar super enthousiast zien zwaaien en groeten als ze een volwassene tegenkwamen? Ik niet. Toch zijn die kids wel schattig hoor!

  • Brood en yoghurt is gezoet

En dat is niet heel lekker. Gelukkig is er Nederlands brood te koop in Kampala. En dat ga ik komend weekend eens even proeven.

  • De zon schijnt iedere dag recht op mijn kruin

De reden hiervoor is dat Oeganda midden op de evenaar ligt. Hierdoor schijnt de zon niet achter, maar bovenop mij. Om verbranding tegen te gaan draag ik vaak een pet of hoed.

  • Er is geen één Oegandees die een broek met een kek printje draagt

In tegenstelling tot de toeristen, ik dus wel.

  • Oegandezen drinken geen koffie

En dat in een land waar koffie in overvloed geproduceerd en verbouwd wordt. Ze drinken hier wel veel sterke, zwarte thee (Oegandees: chai) met één (of twee, drie) scheppen suiker erin.

  • Het nationale gerecht is bananenprak

Oftewel: Matoke. En iedere Oegandees die ik spreek houdt ervan, ik niet.

  • Er zijn meer jonge mensen dan ouderen

Het tegenovergestelde van vergrijzing dus.

  • Het fruit is heerlijk

Vooral de passievruchten!

Goed, tot zover de feitjes. Ik ben de negende week alweer ingegaan en nadat ik vorige week even een paar dagen een dipje heb gehad vind ik het nu weer leuk. Ik geniet! Vorige week voelde ik mij een aantal dagen erg nutteloos. En hoewel ik iedere dag mijn best doe zoveel mogelijk in het ziekenhuis te kunnen betekenen, valt het niet te vergelijken met het werktempo in Nederland. Het klinkt misschien gek, maar er zijn momenten dat ik het lekker drukke werktempo van Nederland ontzettend mis. Daarbij kwam dat mijn broertje twee weken geleden jarig was en de wintertijd is ingegaan in Nederland, met als gevolg dat het hier in Oeganda twee uur later is dan in Nederland. Twee uur tijdsverschil is en lijkt niet veel, maar het kan wel eens lastig zijn wanneer ik even met thuis wil bellen.

Twee weken geleden zijn we in het weekend naar Jinja gegaan en hebben daar paardgereden. Ik was die zaterdagochtend ontwaakt met een borrelend gevoel in mijn maag van het heerlijke Indiase eten van de avond ervoor. Nadat we hadden ontbeten was het tijd geworden geld te gaan pinnen en de Boda-Boda te nemen naar de manege. Eenmaal aangekomen op de manege werden we hartelijk ontvangen door de Britse eigenaar. Nadat hij ons had verteld hoe we met een paard om moesten gaan, was het tijd op het paard te gaan zitten. Ik kreeg het paard met de ietwat verontrustende, maar tegelijkertijd geruststellende naam ‘Sudden comfort’ toegewezen.

Ik vind het op dat moment eerlijk gezegd maar eng, zo’n groot paard. Ontspannen zitten met je benen recht en je hakken naar beneden luidt het devies. Zowel voor- als achter ons rijden twee gidsen met ons mee. Al snel rijden we langzaam naar het dorpje Jeru, dat wit betekent. Omdat ik op een paard zit en er kinderen in gescheurde kleding naar ons zitten te zwaaien, krijg ik een beetje het gevoel dat ik Sinterklaas ben. We passeren verschillende straatjes en kleine dorpjes. Overal ruik ik de inmiddels typerende, weeïge geur van Matoke. Na een rit van zo’n twee uur rijden we nog een stukje langs de Nijl en komen we uiteindelijk weer aan bij de manege. Dit was geweldig! ’S Avonds zijn we naar een Halloweenfeest geweest vlakbij het hostel. Ik heb die middag mijn broertje beloofd een aantal drankjes op hem te drinken. En dat is heel goed gelukt!

Vorig weekend zijn we in het dorp gebleven want het was hospital day. Een feestdag voor al het personeel van het ziekenhuis, dus wij waren ook van harte uitgenodigd om te komen. We begonnen de dag met een lange kerkdienst van drie uur. Hierna werden er een aantal nieuwe huizen voor de personeelsleden van het ziekenhuis gezegend. Erg bijzonder om mee te maken. Die middag hebben we weer meegeholpen met het normale werk op de OPD.

De afgelopen week hebben we een aantal keren meegeholpen in het laboratorium. Hier wordt met behulp van veel verschillende bloedtesten ziekten opgespoord en onderzocht. Denk hierbij bijvoorbeeld aan malaria, HIV of sikkelcelanemie. Omdat voor veel onderzoeken bloed moet worden afgenomen, heb ik een aantal keren bloedgeprikt. Superleuk!

Aangezien we vorig weekend in het ziekenhuis hebben gewerkt, hebben we nu een lang weekend vrij in Kampala. We zijn eergistermiddag na stage eerst naar Jinja vertrokken om de bomberjacks bij de kleermaakster op te halen. Ze zijn erg goed gelukt! ’s Avonds hebben we samen met een aantal andere Nederlanders feestgevierd in een club om de hoek van het hostel. Na een nachtje in ons favoriete hostel te hebben doorgebracht, zijn we gisteren doorgereisd naar Kampala om daar twee dagen door te brengen. Vandaag hebben we gezwommen in een fijn zwembad. Morgen brengen we nog een bezoekje aan de markt en in de middag gaan we weer naar huis.


Heel veel liefs en knuffels uit het zonnige Oeganda!

Tamalé en Ssentongo

Lieve familie en vrienden,

Het heeft even op zich laten wachten, maar ik zit weer klaar om mijn belevenissen van de afgelopen tijd voor jullie op papier te zetten. Momenteel zit ik buiten op het terrasje van het huis waarin ik alweer zeven weken verblijf. De hitte van de afgelopen dag maakt plaats voor een verkoelend briesje en de bijna ondergaande avondzon. Ik vind het hier nog altijd prachtig en vind het heel leuk dat er af en toe nieuwe volgers en reacties op mijn blog bijkomen.

Een aantal weken terug kwam er een man langs op de OPD voor een behandeling met antibiotica. Nadat ik en Michiel ons hadden voorgesteld en de man onze namen probeerde te herhalen, vond hij dat wij een Oegandese naam moesten krijgen. Want een halfjaar lang in Oeganda verblijven met een voor hem bijna onuitspreekbare Nederlandse voornaam vond hij niet kunnen. Dus besloot hij ons allebei een Oegandese voornaam te geven. Namelijk: Tamalé en Ssentongo. Hij schreef het op een stuk verpleegtape en plakte deze op onze witte jasjes. Inmiddels worden we door het personeel van het ziekenhuis aangesproken met Ssentongo en Tamalé. En ik stel mij steeds vaker aan patiënten voor met deze exotische naam. Vinden ze leuk, die Oegandezen.

Vandaag was het weer tijd voor het wondzorgproject. We vertrokken vanmorgen naar de scholen in het dorp om wonden schoon te maken en te verzorgen. De kinderen hier vinden dat geweldig. Meestal zijn er maar een paar kinderen met wonden die echt goed verzorgd moeten worden. De overige kinderen komen het liefst allemaal langs voor een pleister. Ze krabben hun pas geheelde wond open of laten een litteken zien. Om ze niet met een teleurgesteld gezichtje weg te sturen, blazen we rubberen handschoenen op tot een soort ballon en probeer ik ze te vermaken met mijn uit Nederland meegebrachte IKEA-handpop. Het maakt niet uit hoe vaak ik de pluchen uil tevoorschijn haal, ze liggen telkens weer in een deuk van het lachen.

Gisteren liep ik mee op de post-natal ward. Dit is de zaal waar moeders en vaak ook de baby’s liggen. Ik zeg vaak, want soms liggen er ook jonge vrouwen die pas een miskraam hebben gehad. Het meest heftig om te zien was een prematuur die na dertig weken draagtijd veel te vroeg ter wereld is gekomen. Het woog zo’n 1700 gram en de moeder kon weinig borstvoeding geven. Toen we aan het bed stonden, en vroegen waar de baby gebleven was bleek dat het kindje onder een dikke stapel dekens lag. Naast de moeder, in bed. Zonder de aanwezigheid van een couveuse of speciale medische apparatuur. Ik heb begrepen dat het kindje vandaag naar een ander ziekenhuis in de buurt is overgebracht waar ze beter voor een premature baby kunnen zorgen.

Twee weekenden geleden zijn we samen naar de hoofdstad Kampala geweest. We hebben lekker gegeten en de chaotische overdekte markt en het taxipark bezocht. Ook hebben we een stofje gekocht om een bomberjack van te laten maken door de kleermaakster in Jinja. Dit was echt heel leuk! En zo’n andere ervaring dan mijn eerste bezoek aan deze bijzondere stad. Het afgelopen weekend hebben we gerelaxt in Jinja. We hebben een boottocht over de Nijl gemaakt samen met een groep Franse militairen die twee weken vrij hebben van hun missie in Zuid-Soedan. Het bier op de boot was voor een vaste prijs onbeperkt verkrijgbaar en de Franse chansons werden hard meegezongen. Heel gezellig. Verder genoot ik van het uitzicht over deze bijzondere rivier terwijl de zon langzaam onderging. Na de boottocht werden we weer teruggebracht naar het hostel over een donkere en hobbelige weg. Afrika ziet er zo anders uit als het donker is.

De volgende dag sliepen we uit en bezochten we de bijzondere overdekte markt in Jinja. Je kunt er vrijwel alles kopen, van een rieten mat om op te slapen tot een nog levende kip die je ergens anders kunt laten slachten. Wij kochten er wat kokosnoten, passievruchten en ritsen voor onze jasjes. Ook maakte ik nog een paar kleurrijke foto’s van de markt. Ik zal mijn moeder vragen of ze deze en nog een aantal andere foto’s van onder andere het ziekenhuis binnenkort op mijn blog wil plaatsen.

Vorige week keken we op de laptop van een van onze andere huisgenoten de film Blood Diamond. In die film werd een aantal keren de Engelse afkorting TIA genoemd. Telkens als we in een situatie komen die typerend is voor een land in Afrika, roepen we deze afkorting. Bijvoorbeeld wanneer er weer eens een kakkerlak door ons huis loopt waarna iedereen in paniek raakt, of als we iets in het ziekenhuis zien wat we nog nooit eerder hebben gezien en voor ons westerlingen amper voor te stellen is.

Volgend weekend gaan we paardrijden in Jinja en het weekend erna willen we heel graag naar een eiland in het Victoriameer. Genoeg plannen voor de komende tijd dus!

Heel veel liefs,

Luuk Jan

Deze reis is mede mogelijk gemaakt door:

Travel4Change